ONFK 2016
In de jaren tachtig van de vorige eeuw raakte ik in de ban van Armeense volksmuziek. Ik verzamelde bladmuziek en opnames en noteerde een aantal liederen en dansen, meestal van oude grammofoonplaten. Ik was zo onder de indruk van deze muziek dat ik `er iets mee wilde doen´. Ik begon composities te schrijven die sterk door Armeense volksmuziek waren beïnvloed, onder meer een serie Armeense Rapsodieën voor blaasorkest. Armeense Rapsodie No. 3 maakt gebruik van twee volksliedmelodieën, een danswijsje en een lied van een in Armenië beroemde rondreizende minstreel. Het werk opent met een middeleeuwse klaagzang, oorspronkelijk gespeeld op een duduk, een inheems instrument met een melancholiek karakter. Op sommige momenten wordt de klaagzang onderbroken door flarden van de thema´s die verderop aan bod zullen komen. Dit wordt gevolgd door een dansmelodie die ik tegenkwam op een Franse CD. De begeleidende tekst geeft er hoegenaamd geen informatie over. Ik ben zo vrij geweest om de 6/8 maatsoort te veranderen in een 5/8 cadans. De laatste melodie die geïntroduceerd wordt is een lied, getiteld Insj konim ekimi (Ik heb geen dokter nodig) van de hand van Sayat-Nova, een Armeense ashug of bard die leefde in de 18e eeuw. Ik heb het thema van dit lied gecombineerd met het hoofdmotief van een volkslied, getiteld Unabi. Tegen het einde keren de eerdere thema´s terug, culminerend in een apotheose waarin de middeleeuwse melodie een hoofdrol speelt.
OPUS 33 | Nº OP17 ISRC BE-O89-00-00000 |
Componist | COMITAS Alexander |
Arrangeur | |
Genre | |
Voor | • Fanfare |
Duur | 14:30 |
Graad | 5 |
Prijscode | 27 |
Louis Martinus
+32(0)4.381.23.28